Archief | De kant van Swann RSS feed for this section

Not my cup of tea

26 okt

Het is niet helemaal mijn boek. Als het op mijn slush pile had gelegen, had ik het waarschijnlijk niet herkend als meesterwerk en het vriendelijk afgewezen.

Ik heb dappere pogingen gedaan, maar het boeit me niet genoeg. Er komen vast allerlei interessante bespiegelingen en ontwikkelingen aan, maar de aanloop is mij iets te lang.

Volgende week begin ik in Hemingway!

Een moeilijk mannetje

7 okt

Het is een beetje een moeilijk mannetje, die kleine Marcel. Geobsedeerd door die nachtzoen, probeert hij eerst via de dienstmeid zijn moeder met een brief te bereiken, en als ze daar niet op reageert blijft hij net zo lang wakker tot zijn ouders zijn uitgetafeld en de trap op lopen naar hun slaapkamer. Hij wacht ze op op de overloop. Aangespoord door haar man blijft zij, met frisse tegenzin, bij haar zoon slapen die nacht.
Maar dan is het nog niet goed: Als ik al een overwinning had behaald, dan moest die ten koste zijn gegaan van haar, en zou deze avond voorgoed het treurige beginpunt van een nieuw tijdperk blijven.
Het zal je zoon zijn…

Hoorspel

25 sep

Voor een mooie indruk van het eerste stuk Recherche: op Youtube vond ik dit hoorspel.

Lange tijd ben ik vroeg naar bed gegaan

24 sep

A la recherche du temps perdu bestaat uit zeven delen en telt zo’n 3000 pagina’s.
Combray, het eerste boek van De kant van Swann (het eerste deel), start met Marcel die tussen slapen en waken terugdenkt aan een traumatische jeugdervaring: als er bezoek was kreeg hij geen nachtzoen van zijn moeder. Zijn familie bracht de zomers door bij een oudtante in het Normandische dorp Combray. Daar zit de kleine Marcel tussen ouders, grootouders, oudtantes en een intrigerende buurman: Swann, een trouwe bezoeker die in hoge kringen blijkt te verkeren en van wie niemand het fijne weet.

Ik moet er een beetje inkomen. Gelukkig is daar het beeldverhaal van Stephane Heuet, waarin pagina’s lang over het schemergebied tussen slapen en waken vrolijk worden ingekort. Een verademing. Ik lees steeds eerst een stuk vertaling van Moncrieff en dan de ‘samenvatting’ van Heuet. Zo kom ik een heel eind.

De Kindle van Swann

11 sep

Als ode aan de vorige week overleden Michael S. Hart, ‘uitvinder’ van het e-book, lees ik Proust op mijn Kindle.
Hart lanceerde in 1971 het Project Gutenberg, een digitale bibliotheek waarin hij boeken onderbracht waarop het auteursrecht is verlopen. Het begon met het eigenhandig overtypen van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring, en inmiddels zijn er op het Project Gutenberg 36.000 boeken in meer dan 60 talen beschikbaar — werken verschenen voor 1923, gratis beschikbaar als e-book. Enjoy.

Er ligt een mooie Nederlandse vertaling in de winkel, maar aangezien ik had bedacht deze klassieker vooral te proeven (en niet per se mijn bord hoef leeg te eten) heb ik mijn portemonnee gespaard en gekozen voor het e-book: de Engelse vertaling van C. K. Scott Moncrieff, die in Amerika in 1922 verscheen. Er zijn revisies geweest, van Terence Kilmartin en D. J. Enright,  een vrijere vertaling van de Australische professor James Grieve en een striktere vertaling van Lydia Davis, maar ik begreep dat het  voor vol.1 niet zo bijster veel uitmaakt welke vertaling je leest. Moncrieff’s vertaling schijnt wat melodramatischer te zijn dan het origineel (zoals Lydia Davis zegt in het voorwoord van ‘haar’ Swann’s Way: ‘the “entrance to the Underworld” wordt “the Jaws of Hell”‘). Nouja, daar kijk ik dan wel door heen.

Proef Proust

30 aug

Ik zie een beetje op tegen Proust. Ik heb nog een paar verhalen Tsjechov te gaan, maar ik voel Marcel al in mijn nek hijgen. Ik ben ook wel heel benieuwd, maar om mezelf niet al teveel druk op te leggen heb ik bedacht dat ik ga kennismaken met Proust. En niet per se Het Boek Op Tijd Uit Hoef Te Hebben.

Zo.

Niets hoeft, alles mag.

Begin september start ik in De kant van Swann. Doe je mee?